Daling van het geboortecijfer in 2020

Het aantal geboorten in België is in 2020 met 2,9% gedaald ten opzichte van 2019. Deze daling doet zich voor in alle drie de gewesten, maar is opmerkelijker in Brussel (-6%) en Wallonië (-3,9%) dan in Vlaanderen (-1,5%).
De daling van het aantal geboorten is vooral zichtbaar tussen oktober 2020 en januari 2021. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bedroeg de daling 13% ten opzichte van dezelfde maanden een jaar eerder. Na een voorzichtig en regionaal verschillend herstel in het voorjaar en de zomer van 2021, nam het aantal geboorten in oktober, november en december 2021 in alle drie de regio's dan toch aanzienlijk toe. In 2021 steeg het aantal geboorten in ons land met 3,7% ten opzichte van 2020. Dezelfde evolutie kon worden waargenomen in Vlaanderen (+4,7%) en Wallonië (+3,9%), terwijl het geboortecijfer in Brussel lichtjes daalde (-1%). Ten opzichte van 2019 betekent dit een stijging van 0,7% voor België, 3,2% voor Vlaanderen en dalingen van respectievelijk 0,1% en 6,9% voor Wallonië en Brussel.
Vroeggeboorte en laag geboortegewicht
Tussen 2017 en 2019 was gemiddeld 8,09% van de geboorten prematuur, dat wil zeggen dat het om een zwangerschapsduur van minder dan 37 weken gaat. In 2020 ging het om 'slechts' 7,57% van de geboorten. 0,97% van de pasgeborenen in 2020 werd geboren vóór de 32e week en wordt dus als zeer prematuur beschouwd, tegenover een gemiddelde van 1,08% tussen 2017 en 2019. Matige vroeggeboorten (tussen de 32e en 36e week) vertegenwoordigen 6,61% van de geboorten in 2020, tegenover 7,01% in 2017-2019.
Deze tendens is meer uitgesproken voor zwangerschappen die grotendeels tijdens de lockdown plaatsvonden. Tussen oktober en december waren zeer premature en extreem premature geboorten goed voor 0,90% van het aantal geboorten, tegenover 1,09% in dezelfde maanden van 2017 tot 2019. Het aantal matige vroeggeboorten (tussen de 32e en 36e week) bedroeg 6,37% in dezelfde maanden in 2020 tegenover 7,11% in 2017-2019.
Tegelijkertijd is er een licht dalende trend in het lage geboortegewicht. Zo steeg het gemiddelde geboortegewicht van 3.297 gram in 2019 tot 3.303 gram in 2020. Het percentage pasgeborenen met een gewicht van minder dan 2.500 gram daalde van gemiddeld 6,78% tussen 2017 en 2019 tot 6,40% in 2020.
Vroeggeboorte en laag geboortegewicht worden in de wetenschappelijke literatuur klassiek in verband gebracht met meerlingzwangerschappen en de sociaal-economische achtergrond van de moeder. De lockdown en het algemeen telewerk sinds maart 2020 zijn nieuwe factoren die in veel studies al onderzocht worden.
Mama op 29,33 jaar
In 2020 is de gemiddelde leeftijd van een moeder bij de geboorte van haar eerste kind bijna onmerkbaar gestegen tot 29,33 jaar. De gemiddelde leeftijd voor alle rangen samen blijft ook vrij stabiel voor zowel de moeder (31 jaar) als de co-ouder (34,1 jaar).
Ten slotte daalde het totale vruchtbaarheidscijfer[1] tot 1,55 kinderen per vrouw in 2020 in België, maar steeg het tot 1,60 in 2021 (voorlopig cijfer).
[1] Het totale vruchtbaarheidscijfer (TVC) is de som van de vruchtbaarheidscijfers per leeftijd (het vruchtbaarheidscijfer per leeftijd is de verhouding tussen het aantal levendgeborenen bij vrouwen van een bepaalde leeftijd en het gemiddelde aantal vrouwen van die leeftijd. Het TVC is gelijk aan het aantal kinderen dat een vrouw in haar vruchtbare levensjaren zou krijgen als op elke leeftijd het vruchtbaarheidscijfer van het beschouwde jaar op haar van toepassing zou zijn.
Doel en korte beschrijving
De statistiek over geboorten en vruchtbaarheid wordt opgemaakt op basis van twee bronnen: de aangifteformulieren voor geboorten bij de burgerlijke stand en het Rijksregister. De eerste bron is de belangrijkste en rijkste. Hij biedt veel informatie over alle kinderen die in het land worden geboren (geboorten de facto) en over hun ouders. De tweede bron is de snelste. Hij geeft echter enkel informatie over de geboorten van kinderen van wie de moeder is ingeschreven in het Rijksregister. Door die twee bronnen met elkaar te combineren en vanaf 2010 het Rijksregister als basisbron te gebruiken registreert de statistiek enkel levendgeboorten bij vrouwen die wettelijk in België verblijven, ongeacht of die geboorten in België plaatsvinden of in het buitenland. Die geboorten worden uitgesplitst volgens de administratieve eenheden van het land, volgens de voornaamste kenmerken van de moeder en volgens bepaalde kenmerken van de pasgeborene. Er kunnen tevens een aantal vruchtbaarheidsindicatoren uit worden afgeleid. Zo kan men het niveau en de evolutie van de demografische dynamiek van het land situeren. Het vruchtbaarheidscijfer per leeftijd is de verhouding tussen het aantal levendgeborenen uit vrouwen van een bepaalde leeftijd en het gemiddeld aantal vrouwen op die leeftijd, voor het beschouwde jaar. Het totaal vruchtbaarheidscijfer (TVC) vat de opeenvolgende vruchtbaarheidscijfers per leeftijd samen en is de som van die cijfers. Het TVC is gelijk aan het aantal kinderen dat een vrouw in het reproductief leeftijdsinterval zou krijgen indien ze het zelfde vruchtbaarheidscijfer zou blijven vertonen op elke leeftijd..
Populatie
Geheel van rechtswege levende geboorten
Frequentie
Jaarlijks.
Timing publicatie
Resultaten beschikbaar 1 jaar na de referentieperiode
Definities
Geboortemaand : Geboortemaand, gehaald uit de geboortedatum
Geslacht kind : Geslacht van het kind
Geboorteplaats : Plaats van de bevalling
Tweelinggeboorte : Totaal aantal geboorten, doodgeboren inbegrepen, ten gevolge de zwangerschap
Plaats van het kind : Plaats van het kind in het geheel van levende geboorten bij de moeder
Duur zwangerschap : Duur van de zwangerschap (in weken) op het moment van de geboorte
Manier van bevallen : Soort van hulp bij de bevalling
Aangeboren afwijkingen : Aanwezigheid van één of meer aangeboren afwijkingen
Gewicht : Gewicht (in gram) van het kind bij de geboorte
APGAR na 1 min : APGAR-score na 1 minuut.