Mensen die het risico lopen op armoede of sociale uitsluiting hebben meer last van problemen gerelateerd aan een beperking

Uit recente gegevens van Statbel, het Belgische statistiekbureau, blijkt dat mensen die het risico lopen op armoede of sociale uitsluiting (AROPE) vaker functionele problemen hebben met zien, horen, lopen, onthouden, voor zichzelf zorgen of communiceren. Deze zes gebieden van functionele beperking worden gemeten met behulp van een internationaal erkend instrument genaamd de 'Washington Group Questions'. Deze resultaten worden gepubliceerd ter gelegenheid van de Internationale Dag voor personen met een beperking. De enquête naar inkomens en levensomstandigheden (EU-SILC) van 2022 heeft de leden van meer dan 6000 Belgische huishoudens van 16 jaar en ouder ondervraagd over hun levensomstandigheden en gezondheid.
In volgorde van belangrijkheid zijn de grootste verschillen tussen AROPE- en niet-AROPE-personen te vinden bij de indicatoren mobiliteit, geheugen en concentratie, en gezichtsvermogen. Deze cijfers tonen aan hoe belangrijk het is om rekening te houden met het verband tussen een beperking enerzijds en armoede en levensomstandigheden anderzijds. Het is belangrijk om op te merken dat deze gegevens ons niet in staat stellen om de richting van de causaliteit tussen een beperking en armoede of sociale uitsluiting te bepalen. Armoede kan bijvoorbeeld leiden tot een verhoogd risico op invaliditeit door factoren zoals beperkte toegang tot gezondheidszorg, gezonde voeding of veilige werkomstandigheden. Omgekeerd kan invaliditeit tot armoede leiden door de arbeidsmogelijkheden te beperken en de zorgkosten te verhogen. Bovendien kan deze relatie, althans gedeeltelijk, worden verklaard door een verstorende variabele zoals de leeftijd van de respondenten.
Dit zijn de belangrijkste resultaten:
- 17,5% van de AROPE-personen zegt moeite te hebben met zien, zelfs als ze een bril of contactlenzen dragen, ten opzichte van 9,3% van de niet-AROPE-personen.
- 10,7% van de AROPE-personen heeft moeite met horen, zelfs als ze een hoortoestel gebruiken, ten opzichte van 7,9% van de niet-AROPE-personen.
- 30,9% van de AROPE-personen heeft moeite met lopen of de trap opgaan, ten opzichte van 12,7% van de niet-AROPE-personen.
- 19,2% van de AROPE-personen heeft moeite met zaken te onthouden of zich te concentreren, ten opzichte van 9,9% van de niet-AROPE-personen.
- 10,5% van de AROPE-personen heeft moeite om voor zichzelf te zorgen, zoals zichzelf volledig wassen of aankleden, ten opzichte van 4,0% van de niet-AROPE-personen.
- 7,2% van de AROPE-personen heeft moeite met communiceren (anderen begrijpen of zichzelf verstaanbaar maken), ten opzichte van 2,8% van de niet-AROPE-personen.
Deze gegevens zijn ook beschikbaar met een opsplitsing naar regio, urbanisatiegraad, geslacht, onderwijsniveau, activiteitenstatus, woonstatus, type huishouden, leeftijdsgroep, inkomenskwintiel en verschillende armoede-indicatoren naast de AROPE (AROP, LWI, SMSD, MSD). Deze gedetailleerde informatie kan worden geraadpleegd via volgende link: Statbel - Gezondheid en welzijn (.xlsx) .