Derde kwartaal 2024 : afzetprijsindex in de dienstensector +0,2%
In het derde kwartaal van 2024, steeg het afzetprijzen index in de dienstensector met 0,2% ten opzichte van het vorige kwartaal. Vergeleken met hetzelfde kwartaal vorig jaar steeg het met 2,5%.
Een verdere opsplitsing van de diensten laat zien dat :
- Voor vervoer te land en vervoer via pijpleidingen, zijn de prijzen met 0,6% ten opzichte van het vorige kwartaal gestegen. De inflatie staat op 2,1%.
- Voor opslag en vervoerondersteunende activiteiten, zijn de prijzen met 0,1% ten opzichte van het vorige kwartaal gestegen. De inflatie staat op 3,8%.
- Voor posterijen en koeriers, zijn de prijzen met 0,1% ten opzichte van het vorige kwartaal gedaald. De inflatie staat op 10,8%.
- Voor eet- en drinkgelegenheden, zijn de prijzen met 1,2% ten opzichte van het vorige kwartaal gestegen. De inflatie staat op 4,7%.
- Voor computerprogrammering, consultancy en aanverwante activiteiten, zijn de prijzen met 1,2% ten opzichte van het vorige kwartaal gestegen. De inflatie staat op 4,7%.
- Voor dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie, zijn de prijzen met 0,5% ten opzichte van het vorige kwartaal gedaald. De inflatie staat op 2,0%.
- Voor exploitatie van en handel in onroerend goed, zijn de prijzen met 1,9% ten opzichte van het vorige kwartaal gestegen. De inflatie staat op -3,0%.
- Voor rechtskundige en boekhoudkundige dienstverlening, zijn de prijzen met 0,4% ten opzichte van het vorige kwartaal gestegen. De inflatie staat op 2,9%.
- Voor activiteiten van hoofdkantoren; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer, zijn de prijzen met 0,2% ten opzichte van het vorige kwartaal gedaald. De inflatie staat op 1,4%.
- Voor architecten en ingenieurs; technische testen en toetsen, zijn de prijzen met 0,7% ten opzichte van het vorige kwartaal gedaald. De inflatie staat op 2,2%.
- Voor arbeidsbemiddeling en personeelswerk, zijn de prijzen met 2,1% ten opzichte van het vorige kwartaal gedaald. De inflatie staat op 2,5%.
In het kader van de wijziging van het basisjaar (2021=100) werd de methodologie met betrekking tot de afzetprijzen in de dienstensector herzien. De grootste aangebrachte wijzigingen zijn:
- de publicatie van aanvullende NACE-sectoren en op meer gedetailleerde niveaus
- het creëren van een tussentijdse classificatie van bedrijven van de steekproef in strata
- integratie van nieuwe bedrijven van jaar tot jaar
- controle van de chain drift
- het definiëren en toepassen van een methode voor de uitsluiting van uitschieters, aangepast aan de gegevens per NACE-niveau
- Imputatie door het hoogste beschikbare NACE-niveau
Bij dit persbericht is een nota gevoegd met voorbeelden van hoe de oude en nieuwe cijfers kunnen worden gecombineerd.
Toevoeging van NACE-sectoren
Bij de herziening van de steekproef werden de verschillende NACE-niveaus en de gebruikte gegevens geanalyseerd om te bepalen of het mogelijk was om op NACE 3- en NACE 4-niveau te publiceren. De publicaties zijn nu gedetailleerder en uitgebreider.
Strata van ondernemingen
De ondernemingen die aanwezig zijn in de steekproef worden gewogen in functie van hun omzetcijfer. Voor de wijziging was het gewicht een verband tussen het omzetcijfer van de onderneming en de som van het omzetcijfer voor elke NACE. Bij de nieuwe methode werd een intermediair niveau geïntroduceerd. Wij creëren drie strata: kleine, middelgrote of grote ondernemingen. De gewichten worden dus terug in evenwicht gebracht, waarbij een oververtegenwoordiging van grote bedrijven in de steekproef en een ondervertegenwoordiging van kleine bedrijven wordt vermeden.
Integratie van nieuwe ondernemingen
Eerst maakten we gebruik van de creatie van de nieuwe indexen om prijzen te integreren die wel verzameld maar nog niet gebruikt waren. Vervolgens hebben we in de nieuwe methode een jaarlijkse herziening van de gebruikte bedrijven toegevoegd, zodat we een gewicht kunnen toekennen aan de nieuwe bedrijven van de enquête en hun prijzen van jaar tot jaar in de index kunnen integreren. Op deze manier kan de representativiteit van de steekproef in de loop van de tijd worden gegarandeerd.
Controle van de chain drift
Chain drift kan het gevolg zijn van prijsschommelingen, die de index omhoog of omlaag trekken. Wanneer de prijzen van de producten terugkeren naar hun beginniveau zonder dat de index ook terugkeert naar zijn basisniveau, is er sprake van een afwijking van de index of van chain drift. Dit effect wordt mathematisch gecorrigeerd in de nieuwe methode.
Uitsluiting van outliers
Voorheen werden outliers alleen gedetecteerd op basis van een abnormale kwartaal-tot- kwartaal verhouding of een verandering in de beschrijving. In de nieuwe methode worden andere gevallen toegevoegd, zoals prijzen die langer dan 6 kwartalen stabiel zijn. Deze nieuwe strategie stelt ons in staat om de kwaliteit van de gegevens die we via onze enquête ontvangen te verbeteren. Deze wijziging maakt de indexcijfers representatiever van kwartaal tot kwartaal.
Imputatie door het hogere NACE-niveau
In de oude methode werd, wanneer er geen prijs beschikbaar was voor een bepaalde NACE, de evolutie geïmputeerd door de waarde 1 (constante). Bij de nieuwe methode wordt de evolutie van kwartaal tot kwartaal geïmputeerd door die van het hogere beschikbare NACE-niveau. Deze methode maakt het mogelijk om rekening te houden met het verschil in realiteit tussen de verschillende activiteitssectoren. Als we bijvoorbeeld geen enkele prijs ontvangen voor de NACE 6201, zullen we de evolutie van de NACE 620 gebruiken
1ste kwartaal | 2de kwartaal | 3de kwartaal | 4de kwartaal | Jaar | |
---|---|---|---|---|---|
Diensten - Totaal* | |||||
2015 | 91,6 | 92,1 | 92,5 | 92,4 | 92,2 |
2016 | 92,5 | 93,1 | 93,5 | 94,1 | 93,3 |
2017 | 94,3 | 94,5 | 94,9 | 94,7 | 94,6 |
2018 | 94,8 | 95,3 | 96,5 | 96,9 | 95,9 |
2019 | 96,6 | 97,2 | 98,2 | 98,3 | 97,6 |
2020 | 98,3 | 98,0 | 98,1 | 97,7 | 98,0 |
2021 | 98,6 | 99,5 | 100,5 | 101,4 | 100,0 |
2022 | 103,2 | 105,2 | 106,4 | 107,2 | 105,5 |
2023 | 110,4 | 111,0 | 111,7 | 112,7 | 111,5 |
2024 | 113,8 | 114,3 | 114,6 | 114,2 |
Doel en korte beschrijving
Gezien de dienstensector meer en meer aan belang wint ten opzichte van de industriesector, werd de Europese Verordening inzake kortetermijnstatistieken uitgebreid met een afzetprijsindex voor de diensten. Deze nieuwe index wordt trimesterieel berekend door Statbel.
De afzetprijsindex voor de diensten meet momenteel de prijsevolutie bij dienstverlenende bedrijven uit onder meer de transport-, de informatica- en de telecommunicatiesector. Geleidelijk aan zal het domein uitgebreid worden, zodat uiteindelijk nagenoeg het volledige economisch spectrum in kaart wordt gebracht.
Populatie
Ondernemingen
Frequentie
Driemaandelijks.
Timing publicatie
Resultaten beschikbaar 3 maanden na de referentieperiode