Trouwen is grootste reden om wettelijke samenwoning te beëindigen

Bevolking
Trouwen is grootste reden om wettelijke samenwoning te beëindigen

Verklaringen en beëindigingen van wettelijk samenwonen

Voor de eerste keer publiceert Statbel, het Belgische statistiekbureau, gegevens over wettelijk samenwonen. Jaarlijks worden zo’n 40.000 verklaringen tot wettelijk samenwonen getekend. In 2017 ging het om 39.038 gevallen. In datzelfde jaar werden 24.764 wettelijke samenwoningen beëindigd. Iets meer dan de helft (55%) eindigde in een huwelijk. Gemiddeld komt er een eind aan wettelijk samenwonen na 4,3 jaar.

De verklaring voor wettelijk samenwonen werd ingevoerd in 2000. Al van bij het begin bleek het een redelijk groot succes[1]. Ook in de jaren nadien daarna bleef het aantal verklaringen gestaag toenemen. Sinds 7 jaar stabiliseert het aantal zich rond ongeveer 40.000 verklaringen per jaar. In 2017 waren er 39.038 nieuwe gevallen van wettelijk samenwonen. Er was een lichte daling t.o.v. 2016 (-2,5%).

Tegelijkertijd is het ook aantal beëindigingen van wettelijk samenwonen sinds 2000 gestaag toegenomen. In 2017 waren er 24.764 beëindigingen, een stijging van 5,1% ten opzichte van het voorgaande jaar. In meer dan de helft van de gevallen (55%) is de oorzaak van de beëindiging het huwelijk.

Andere resultaten voor 2017:

  • De overgrote meerderheid van de verklaringen van wettelijk samenwonen worden afgesloten door ongehuwden (73,3% van de gevallen), Belgen (83,3%) en personen van verschillend geslacht (96,6%).
  • De gemiddelde leeftijd bij wettelijk samenwonen blijft stabiel op 36 jaar voor de eerste samenwonende en 33,5 jaar voor de tweede. Ook het leeftijdsverschil blijft ook stabiel: 2,5 jaar.
  • In de maand december worden bijna elk jaar het meest verklaringen van wettelijk samenwonen geregistreerd (10% in 2017).
  • De gemiddelde duur van de wettelijke samenwoningen die beëindigd werden, bedraagt 4,3 jaar.
  • Het brutocijfer van wettelijk samenwonen bedraagt 3,4‰.

Er is sprake van wettelijk samenwonen wanneer twee personen die samenwonen een verklaring in die zin afleggen aan hun gemeentebestuur, ongeacht hun geslacht en verwantschap. In dit opzicht onderscheidt wettelijk samenwonen zich van het huwelijk en een in het buitenland gesloten partnerschap.

Waar, wanneer en gedurende hoelang?

Op provinciaal niveau telden Antwerpen en Oost-Vlaanderen het grootste aantal gevallen van wettelijk samenwonen in 2017, met respectievelijk 6650 en 5816 verklaringen. De provincie Henegouwen volgde hen op de voet met 4301 verklaringen. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest waren er 2817 verklaringen van wettelijk samenwonen. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest was het aantal lager dan in het arrondissement Antwerpen, waar er 3684 nieuwe verklaringen waren.

De samenwonenden die het vroegst een verklaring van wettelijk samenwonen registreren, wonen in Vlaanderen. Hun gemiddelde leeftijd is 35 jaar voor de eerste en 32,6 jaar voor de tweede. In Wallonië zijn ze respectievelijk 37,4 en 34,9 jaar oud, terwijl ze in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 37,5 en 34,7 jaar oud zijn.

De gemiddelde leeftijd bij de eerste verklaring van wettelijk samenwonen van ongehuwden is 31,4 en 29,4 jaar in België[2], iets jonger dan de gemiddelde leeftijd bij het eerste huwelijk (32,7 en 30,3 jaar).

Partnerschap tussen 2 Belgen

De overgrote meerderheid van de verklaringen van wettelijk samenwonen heeft betrekking op Belgische paren: 83,3% van de gevallen van wettelijk samenwonen (84,4% in Wallonië en 87,1% in Vlaanderen). In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is de situatie verschillend: Belgische paren vertegenwoordigen er slechts 47,3% van de gevallen. In dit gewest betreft het in 29,4% van de gevallen gemengde paren (1 Belg + 1 buitenlander).

Registratie voor het einde van het jaar

Elk jaar is het aantal registraties van verklaringen van wettelijk samenwonen hoog in de maand december. In 14 van de 17 bestudeerde jaren is het de meest gekozen maand om wettelijk te gaan samenwonen.

De stap voor het huwelijk

Het is vooral door te trouwen dat er een eind gemaakt wordt aan het wettelijk samenwonen (55% van de oorzaken van beëindigingen). Het is vooral opvallend in het Vlaams Gewest (60,4% – waarvan 64% in Limburg) en in de Duitstalige Gemeenschap (62,6%). In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest maakt het huwelijk slechts in 42,9% van de gevallen een einde aan het wettelijk samenwonen, in Wallonië is dit 45,3%.

De verklaring van beëindiging van wettelijk samenwonen in onderling overleg vertegenwoordigt 36,1% van de Belgische gevallen. Het komt meer voor in het Waals Gewest (44,7% van de gevallen van beëindiging) en in mindere mate in Brussel (39,3% van de gevallen). Eenzijdige verklaringen zijn veel zeldzamer.

Het einde van het wettelijk samenwonen door het overlijden van een van de samenwonenden is verantwoordelijk voor 10,4% van de gevallen van beëindiging in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; in Wallonië is dat 6,3% en in Vlaanderen 3,4%.

De gemiddelde duur van de wettelijke samenwoningen die beëindigd werden, bedraagt 4,3 jaar. Er is een stijging van de duur merkbaar ten opzichte van 2015 (3,7 jaar) en 2016 (4 jaar).

Ten slotte bedraagt het brutocijfer van wettelijk samenwonen 3,4‰ en is dus van gelijkaardige omvang als het bruto huwelijkscijfer (3,9‰ in 2017).


[1] Het aantal verklaringen van wettelijk samenwonen was bijzonder hoog in 2001 met 10.796 verklaringen. De mogelijkheid om samenwonen sinds 2000 officieel te bekrachtigen kan het volgende jaar tot een "inhaaleffect" hebben geleid om gevallen van wettelijk samenwonen te legaliseren die eerder gelegaliseerd zouden zijn als dit mogelijk was geweest.

[2] Het gaat over samenwonenden die in het verleden nooit een verklaring van wettelijk samenwonen hebben afgelegd (1e verklaring) en die alleenstaand zijn (en dus nooit getrouwd zijn geweest).