Minder verkeersdoden in 2021 dan in 2019, vooral aan het begin van het jaar

Mobiliteit
Minder verkeersdoden in 2021 dan in 2019, vooral aan het begin van het jaar

In 2021 waren er 34.640 verkeersongevallen met in totaal 42.566 slachtoffers, waaronder 38.952 lichtgewonden, 3.098 zwaargewonden en 516 personen die om het leven kwamen binnen de 30 dagen na het ongeval. Dit blijkt uit de laatste cijfers over de verkeersongevallen die Statbel, het Belgische statistiekbureau, publiceert.

In vergelijking met 2020 waren er in 2021 14,5% meer ongevallen, met 14,6% meer slachtoffers en 3,4% meer doden tot gevolg. Gezien het uitzonderlijke karakter van de cijfers voor 2020, zullen we hieronder de resultaten van 2021 vergelijken met die van 2019.
De impact van de COVID-19-crisis op alle verkeersveiligheidsindicatoren bleef in 2021 aanzienlijk. In vergelijking met 2019 waren er minder ongevallen (-8,2%), minder slachtoffers (-11,0%), minder doden 30 dagen (-19,9%), minder zwaargewonden (-14,1%) en minder lichtgewonden (-10,6%).

Daling vooral aan het begin van het jaar

Januari en februari vertonen een daling van respectievelijk 24,3% en 28,2% van verkeersongevallen ten opzichte van dezelfde maanden in 2019. Alleen in de maanden juni, september en oktober waren er meer ongevallen dan twee jaar eerder.

De beperkende maatregelen tijdens de COVID-19-crisis hebben ook een positief effect gehad op het aantal verkeersslachtoffers. Hoewel de daling meer uitgesproken is aan het begin van het jaar, was het aantal verkeersdoden voor alle maanden, met uitzondering van september en november, lager dan in 2019. Het aantal sterfgevallen was het laagst in maart met 28, ofwel 48,1% minder dan in maart 2019.

Helft minder doden in Brussel

Het aantal dodelijke slachtoffers 30 dagen na een ongeval is in de drie gewesten gedaald in vergelijking met 2019, maar niet in dezelfde mate:

  • Er vielen 8 doden in Brussel, dat is 60% minder dan in 2019, maar ook de helft minder dan in 2020.
  • In het Waals gewest vielen er 198 dodelijke slachtoffers, dat is 35,9% minder dan in 2019 en ook 13,9% minder dan in 2020.
  • In Vlaanderen is er een lichte daling (-1,6%) van het aantal doden 30 dagen in vergelijking met 2019, maar een stijging van 22,5% in vergelijking met 2020.
  2019 2020 2021 2021/2019
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Aantal ongevallen 3.928 3.224 3.534 -10,0%
Aantal doden 30 dagen 20 16 8 -60,0%
Aantal zwaargewonden 178 159 134 -24,7%
Aantal lichtgewonden 4.401 3.552 3.960 -10,0%
Vlaams Gewest
Aantal ongevallen 23.078 18.663 21.213 -8,1%
Aantal doden 30 dagen 315 253 310 -1,6%
Aantal zwaargewonden 2.478 2.055 2.204 -11,1%
Aantal lichtgewonden 26.274 20.491 23.277 -11,4%
Waals Gewest
Aantal ongevallen 10.713 8.364 9.893 -7,6%
Aantal doden 30 dagen 309 230 198 -35,9%
Aantal zwaargewonden 949 764 760 -19,9%
Aantal lichtgewonden 12.908 9.630 11.715 -9,2%

Alleen de provincies Limburg (+15,5%) en Antwerpen (+3,8%) zagen het aantal doden 30 dagen stijgen ten opzichte van 2019, terwijl West-Vlaanderen het aantal van 2019 evenaarde. In alle andere provincies is het aantal sterfgevallen gedaald en in Luxemburg (-44,9%) is het totaal voor 2019 zelfs bijna gehalveerd.

Wie wordt het slachtoffer van een verkeersongeval?

In 2021 waren de meeste dodelijke slachtoffers binnen de 30 dagen automobilisten (215), gevolgd door fietsers (87), voetgangers (75) en motorrijders (62). Samen vertegenwoordigen ze 85% van de verkeersdoden 30 dagen.
In vergelijking met 2019 was er bij de categorie auto’s een daling van 31% van het aantal doden binnen de 30 dagen (311 in 2019, 215 in 2021). Bij de voetgangers gaat het om een daling van 18% (92 in 2019, 75 in 2021).
Bij bestelwagens (+65%) en vrachtwagens (+36%) is het aantal dodelijke slachtoffers ten opzichte van 2019 gestegen.

  2019 2020 2021 2021/2019
Auto[1] 311 221 215 -30,9%
Bestelwagen 17 11 28 +64,7%
Vrachtwagen[2] 11 17 15 +36,4%
Motorfiets[3] 84 78 62 -26,2%
Bromfiets[4] 19 13 16 -15,8%
Voetganger[5] 92 65 75 -18,5%
Fiets[6] 95 87 87 -8,4%
Andere[7] 10 6 11 +10,0%
Onbekend 5 1 7 +40,0%
Totaal 644 499 516 -19,9%
1 personenauto; auto voor dubbel gebruik; minibus; kampeerwagen.
2 vrachtwagen; trekker + aanhangwagen; trekker alleen
3 minder dan 400cc en meer dan 400cc
4 A,B, 3 of 4 wielen
5 Andere voetganger, rolstoelgebruiker, persoon met tweewieler aan de hand
6 gewone fiets en elektrische fiets
7 landbouwtractor, autobus, reisbus, ruiter, andere weggebruiker, bespannen voertuig