Maatregelen om de kwaliteit van de EAK-enquête te verhogen

Op deze pagina verzamelt Statbel alle belangrijke methodologische opmerkingen over de publicatie van de Enquête naar Arbeidskrachten. Er werden begin 2025 kwaliteitsproblemen vastgesteld voor de resultaten van de provincie Vlaams-Brabant, waarvoor Statbel bijkomende maatregelen heeft genomen.

Kwaliteitsproblemen provincie Vlaams-Brabant

Op 13 maart 2025 publiceerde Statbel de kwartaalcijfers voor het vierde kwartaal van 2024, en de eerste jaarcijfers voor 2024. Daarbij werd voor de cijfers tot op het niveau van de provincies een waarschuwing geplaatst dat de resultaten voor de provincie Vlaams-Brabant onvoldoende betrouwbaar zijn voor de periode 2021-2024. In de uitgebreide toelichting staan bijkomende details.

Het cijfer over de werkzaamheidsgraad in de provincie Vlaams-Brabant vertoont al enige tijd een neerwaartse trend die afwijkt van de andere provincies en het Vlaams gewest.

In samenwerking met VDAB Vlaams-Brabant en Steunpunt Werk werden mogelijke verklaringen gezocht in bepaalde socio-economische verschuivingen of effecten van de methodologie zonder één duidelijke oorzaak te kunnen identificeren. Door doorgedreven intern onderzoek kwam aan het licht dat het probleem gezocht moet worden bij het werk van één enquêteur in de provincie Vlaams-Brabant.

Als gevolg van deze kwaliteitsproblemen wordt de werkgelegenheidsgraad voor de referentiejaren 2021 tot 2024 voor Vlaams-Brabant onderschat. De impact op de cijfers voor het Vlaams Gewest en België blijft beperkt. Het verandert niets aan de conclusies die kunnen worden getrokken.

Aangezien het niet gaat om de berekeningsmethode, maar om de verzamelde gegevens zelf, is het niet mogelijk om het veldwerk uitgevoerd in 2021 tot 2024 te herhalen. Daarom heeft Statbel in haar verschillende publicaties (grafieken, tabellen, ...) aangegeven dat de gepubliceerde cijfers voor Vlaams-Brabant onvoldoende betrouwbaar zijn.

Statbel neemt dit probleem ernstig en heeft intussen verschillende initiatieven genomen om te garanderen dat de resultaten vanaf het eerste kwartaal van 2025 (publicatie op 10 juni 2025) een correcter beeld geven over de realiteit op de arbeidsmarkt in Vlaams-Brabant.

Breuk in tijdreeks beroepen

Het beroep van de respondenten is belangrijke variabele binnen EAK (Enquête naar de Arbeidskrachten). Op basis van die variabele worden resultaten opgesteld over evolutie van bepaalde beroepsgroepen of over achtergrondkenmerken van die beroepen.

Gespecialiseerde codeurs delen de werkenden in volgens de ISCO-nomenclatuur, waarbij Statbel tot op het meest gedetailleerde niveau van 4 digits gaat. De omschrijvingen uit het interview tussen enquêteur en respondent dienen als basis voor die indeling.

De afgelopen jaren stelden we een stijgende trend vast in de beroepscategorieën van directeurs van grote ondernemingen (ISCO 1120), bureauchefs (ISCO 3341) en administratieve medewerkers, algemeen (ISCO 4110). Omdat die trend niet helemaal leek te stroken met de realiteit, werden bijkomende interne kwaliteitscontroles ingevoerd en werden de codeurs intensiever opgeleid om een specifiekere categorie te kunnen detecteren.

De extra aandacht voor de specifieke versus de algemene codes in de opleiding van de gespecialiseerde codeurs, in combinatie met een intensievere controle op deze en andere coderingen, hadden een duidelijke impact. We observeren een duidelijke afname van het aantal respondenten dat in een van de drie meer algemene beroepscategorieën wordt geklasseerd. Die kwaliteitsverbetering is dus ook duidelijk zichtbaar in de gegevens, wat leidt tot een breuk in 2024. Bijkomende informatie kan je vinden in de nota over de kwaliteitsverbetering bij het coderen van de beroepen.

Breuk in tijdreeks levenslang leren

Eurostat maande de verschillende lidstaten aan om de bevraging rond levenslang leren in de Enquête naar Arbeidskrachten (EAK) te verbeteren en uit te breiden. Ook Statbel voerde deze aanpassingen door in de vragenlijst, wat leidt tot een breuk in de tijdsreeks voor de resultaten over levenslang leren, in 2024.

Levenslang leren is de deelname van volwassenen (25-64) aan onderwijs en opleiding (ook wel formeel en niet-formeel leren genoemd). Deze indicator wordt meestal gemeten over het afgelopen jaar of de afgelopen 4 weken. Formeel leren is onderwijs dat erkend wordt door het ministerie van onderwijs en leidt meestal tot een diploma of getuigschrift zoals een masterdiploma of een diploma in het volwassenenonderwijs. Niet-formeel leren slaat op opleidingen buiten de context van formeel leren maar nog steeds op een georganiseerde manier, bv. een cursus rond gezondheid georganiseerd door het ziekenfonds of een webinar rond timemanagement georganiseerd door een zelfstandig ondernemer,…

Formeel leren is meestal vrij duidelijk: je bent ingeschreven aan een hogeschool of niet. Niet-formeel leren meten in een enquête is veel moeilijker: de respondent moet weten wat er onder verstaan wordt, en moet zich tijdens de afname van de enquête nog herinneren of hij tijdens de referentieperiode aan zo’n opleiding deelnam. Verschillende bevragingen in de verschillende lidstaten leidden tot uiteenlopende resultaten, wat leidde tot de aanmaning van Eurostat.

In een uitgebreide nota gaat Statbel verder in op de Belgische verbeteringen in de vragenlijst.