Een familiekern bestaat uit twee of meer personen die deel uitmaken van hetzelfde huishouden en die ten minste op één van de volgende manieren verwant zijn:
- Als echtgenoten,
- Als partners in geregistreerd partnerschap
- Als partners die feitelijk samenwonen of
- Als ouder(s) en kind(eren).
Een familiekern kan dus bestaan uit een koppel zonder kinderen, een koppel met één of meerdere kinderen (van wie ten minste één van de leden van het koppel de ouder is) of uit een alleenstaande ouder met één of meerdere kinderen.
Familiekernen: een nieuw licht op de structuur van Belgische families
Na de publicatie van de 39 indicatoren van de Census 2021 breidt Statbel zijn gegevensaanbod uit met de publicatie van zes nieuwe indicatoren die betrekking hebben op de familiekernen. Deze nieuwe indicatoren werpen een nieuw licht op de familiestructuren in België, te onderscheiden van het traditionele concept van huishoudens.
Familiekernen maken het mogelijk om relaties tussen leden van dezelfde familie gedetailleerder te analyseren, los van het strikte kader van het huishouden. Een familiekern bestaat uit twee of meer personen die deel uitmaken van hetzelfde huishouden en die op ten minste één van de volgende manieren verwant zijn:
- Als echtgenoten,
- Als partners in geregistreerd partnerschap
- Als partners die feitelijk samenwonen of
- Als ouder(s) en kind(eren).
Een familiekern kan dus bestaan uit een koppel zonder kinderen, een koppel met één of meerdere kinderen (van wie ten minste één van de leden van het koppel de ouder is) of uit een alleenstaande ouder met één of meerdere kinderen.
België telt iets minder dan 3.215.000 familiekernen: 60% bevindt zich in Vlaanderen, 31% in Wallonië en 9% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Familiekernen tellen gemiddeld 2,9 personen. In Vlaanderen en Wallonië is dat cijfer hetzelfde als op nationaal niveau, maar in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ligt de gemiddelde grootte van familiekernen iets hoger (3,1 personen).
Op Belgisch niveau bestaan 61% van de familiekernen uit getrouwde koppels, 9,5% zijn koppels in geregistreerd partnerschap en 13,4% zijn feitelijk samenwonende koppels, terwijl 16,1% eenoudergezinnen zijn.
De laagste percentages aan getrouwde koppels (tussen 44% en 47%) zijn te vinden in de Brusselse gemeenten Sint-Gillis en Elsene, alsook in Colfontaine, Engis en Boussu. Bij de overgrote meerderheid van de gemeenten in Vlaanderen liggen de percentages hoger dan het nationale gemiddelde.
Het percentage éénoudergezinnen is iets hoger in Brussel (24%) dan in Wallonië (20%) en Vlaanderen (13%). Terwijl dit vrij uniform is in de Vlaamse gemeenten, zijn er grote verschillen tussen de Waalse gemeenten. De provincies Henegouwen en Luik tekenen hoge percentages op, vooral in de gemeenten rond Bergen, Charleroi en Luik, met een maximum van 29% in Colfontaine en Seraing.
De resultaten zijn terug te vinden via de dashboards en een aparte be.stat kubus, die hier beschikbaar is:
Ontdek de nieuwe indicatoren over de familiekernen.
België telt iets minder dan 3.215.000 familiekernen: 60% bevindt zich in Vlaanderen, 31% in Wallonië en 9% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De geografische voorstelling van de familiekernen per gemeente is natuurlijk erg vergelijkbaar met die van de particuliere huishoudens en die van de totale bevolking. Zo zijn er weinig familiekernen in de gemeenten ten zuiden van Samber en Maas, die over het algemeen dunbevolkt zijn. Het grootste aantal familiekernen vinden we daarentegen in de grote stedelijke gebieden: het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Antwerpen, Gent, Charleroi en Luik.
Deze kaart toont het aantal familiekernen in elke gemeente.
De gemiddelde grootte van de familiekernen wordt binnen elke gemeente berekend als de verhouding tussen het aantal leden van familiekernen en het aantal familiekernen in de gemeente.
In België tellen familiekernen gemiddeld 2,9 personen. In Vlaanderen en Wallonië is dat cijfer hetzelfde als op nationaal niveau, maar in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ligt de gemiddelde grootte van familiekernen iets hoger (3,1 personen).
Op het niveau van de gemeenten is het gemiddelde aantal personen per familiekern het hoogst in Sint-Jans-Molenbeek (3,4).
Deze indicator wordt berekend als de verhouding tussen het aantal familiekernen bestaande uit een getrouwd koppel met of zonder kinderen ten opzichte van het totale aantal familiekernen. Deze kaart toont het aandeel getrouwde koppels ten opzichte van het totale aantal familiekernen van de gemeente.
Op het niveau van België bestaan 61% van de familiekernen uit getrouwde koppels. Er bestaan gewestelijke variaties: getrouwde koppels vertegenwoordigen 66% van de familiekernen in het Vlaams Gewest, 56% van de familiekernen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en 54% in het Waals Gewest.
Deze percentages zijn gedaald ten opzichte van 2011, toen 72% van de familiekernen in het Vlaams Gewest samengesteld waren uit getrouwde koppels, 61% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en 62% in het Waals Gewest.
De laagste cijfers (tussen 44% en 47%) zijn daarentegen te vinden in de Brusselse gemeenten Sint-Gillis en Elsene en in Colfontaine, Engis en Boussu. Bij de overgrote meerderheid van de gemeenten in Vlaanderen liggen de percentages hoger dan het nationale gemiddelde.
Een koppel wordt beschouwd als in "geregistreerd partnerschap" als ze een verklaring van wettelijk samenwonen hebben afgelegd en er geen verwantschap tussen de twee samenwonenden is, of als ze een wettelijk partnerschap zijn aangegaan in het buitenland.
Deze indicator wordt berekend als de verhouding tussen het aantal familiekernen bestaande uit een koppel dat wettelijk samenwoont met of zonder kinderen ten opzichte van alle familiekernen.
Op nationaal niveau volgt het aantal gezinnen dat bestaat uit koppels in geregistreerd partnerschap de omgekeerde trend van de huwelijken. In 2021 bevond 9% van de familiekernen zich in een geregistreerd partnerschap, tegenover slechts 4% in 2011. De gemeenten van het Waals Gewest, en meer bepaald van de provincies Namen en Luxemburg, vertonen hogere cijfers dan de gemeenten in de andere twee gewesten.
Een koppel wordt beschouwd als “ feitelijk samenwonend ”, wanneer de leden ervan in hetzelfde huishouden leven (met of zonder kinderen), noch met elkaar getrouwd zijn, noch wettelijk samenwonend zijn en er geen enkele verwantschap tussen hen bestaat. Deze relatie wordt bepaald via een algoritme dat het potentiële partnerschap voorspelt.
Deze indicator wordt berekend als de verhouding tussen het aantal familiekernen dat bestaat uit een koppel dat feitelijk samenwoont ten opzichte van alle familiekernen.
Op nationaal niveau zijn 13% van de familiekernen samengesteld uit koppels die feitelijk samenwonen. Er is weinig variatie tussen de gewesten: 13% in het Vlaams Gewest, 14% in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en 15% in het Waals Gewest. Op gemeentelijk niveau zijn de gemeenten met het laagste percentage (7%) Bullange en Burg-Reuland in de provincie Luik. De gemeenten Elsene en Sint-Gillis tekenen dan weer de hoogste cijfers op, met respectievelijk 22% en 23%.
Een eenoudergezin bestaat uit een alleenstaande ouder met één of meer kinderen.
Deze indicator wordt berekend als de verhouding tussen het aantal familiekernen dat uit een alleenstaande ouder bestaat en het totale aantal familiekernen.
Deze kaart toont het aandeel familiekernen dat bestaat uit eenoudergezinnen ten opzichte van het totale aantal familiekernen van de gemeente.
Op nationaal niveau bestaat 16% van de familiekernen uit een eenoudergezin. Dit aandeel is iets hoger in Brussel (24%) dan in Wallonië (20%) en Vlaanderen (13%).
Deze indicator geeft relatief homogene niveaus weer tussen de Vlaamse gemeenten. Binnen de Waalse gemeenten doen zich echter grote verschillen voor. De provincies Henegouwen en Luik tekenen hoge percentages op, vooral in de gemeenten rond Bergen, Charleroi en Luik, met een maximum van 29% in Colfontaine en Seraing.
Doel en korte beschrijving van de Census
De Census 2021 is een momentopname van de bevolking die in België woont op 1 januari 2021. De Census levert een breed scala aan cijfers op over de woningen en de demografische, socio-economische en onderwijskundige kenmerken van de burgers. Het doel van de Census is dubbel: beantwoorden aan de Europese verordening[1] en statistieken produceren voor specifieke nationale noden (openbaar bestuur, internationale organisaties, onderzoekers, ondernemingen en particulieren).
Vroeger was de Census een exhaustieve enquête onder alle burgers, maar sinds 2011 is deze uitsluitend gebaseerd op administratieve databanken.
Definities
De verschillende statistische eenheden
De bevolking
De bevolking in de Census 2021 is de residentiële bevolking zoals ingeschreven in het Rijksregister van de natuurlijke personen (RRNP) op 1 januari 2021. De Belgische bevolking omvat Belgen en niet-Belgen die toegelaten of gemachtigd zijn om zich te vestigen of om te verblijven op het grondgebied, maar omvat niet de niet-Belgen die minder dan drie maanden op het grondgebied verblijven, de asielzoekers en de niet-Belgen in onregelmatige situatie[2].
Particuliere huishoudens
Deze groep omvat personen die alleen wonen, of meerdere personen die samenwonen en samen voorzien in hun levensonderhoud.
Een particulier huishouden bestaat uit personen die alleen wonen, of uit meerdere personen die samenwonen en samen voorzien in hun levensonderhoud.
Een particulier huishouden kan samengesteld zijn uit geen enkele, één of meerdere familiekernen.
Familiekernen
Een familiekern bestaat uit twee of meer personen die deel uitmaken van hetzelfde huishouden en die op ten minste één van de volgende manieren verwant zijn:
- Als man en vrouw,
- Als partners in geregistreerd partnerschap
- Als partners die feitelijk samenwonen of
- Als ouder(s) en kind(eren).
Een familiekern kan dus bestaan uit een koppel zonder kinderen, een koppel met één of meerdere kinderen (waarbij ten minste één van de leden van het koppel de ouder is) of uit een alleenstaande ouder met één of meerdere kinderen.
Het begrip familiekern, of gezin, wordt beperkt tot directe (eerstegraads) verwantschappen tussen kinderen en volwassenen, dat wil zeggen tussen ouders en kinderen.
Huishoudens die bestaan uit leden zonder relatie als koppel of ouder/kind zijn dus geen familiekern.
Een persoon wordt als kind beschouwd als :
- hij/zij een biologisch of geadopteerd kind is van een lid van het huishouden of van een eerdere partner van een lid van het huishouden
- hij/zij in het huishouden verblijft en
- Geen partner of kind in het huishouden heeft wonen.
Woonverblijven
Dit omvat alle verblijven die dienen als onderkomen voor een of meerdere personen.
Conventionele woningen
Conventionele woningen worden gedefinieerd als structureel gescheiden, onafhankelijke ruimten die bestemd zijn voor permanente menselijke bewoning. Op de dag van de telling kunnen ze ofwel bewoond worden, ofwel leeg staan, ofwel als vakantieverblijf of tweede verblijfplaats dienen.
Bewoonde conventionele woningen
Het gaat om conventionele woningen die dienen als gewone verblijfplaats voor één of meerdere particuliere huishoudens.
Definitie van de variabelen
Geslacht
Deze variabele wordt gebruikt om mannen van vrouwen te onderscheiden.
Leeftijd
De leeftijd wordt aangeduid in verstreken jaren op 1 januari 2021.
Gewone verblijfplaats
De verblijfplaats is diegene die geregistreerd staat in het Rijksregister op 1 januari 2021.
Het gaat dus om de wettelijke verblijfplaats.
De Belgische gemeenten werden tussen 2011 en 2021 gewijzigd. In de vergelijkingen op deze site werden de cijfers van 2011 uitgesplitst volgens de gemeenten in 2021.
Agglomeratie
Een agglomeratie is een aaneengesloten bebouwd gebied, d.w.z. een gebied dat gedefinieerd wordt door een groep mensen die in bij elkaar gelegen of aan elkaar grenzende gebouwen wonen. Deze zone bestaat uit een groep gebouwen waarbij geen enkel gebouw meer dan 200 meter van het naaste naburige gebouw verwijderd is.
De Belgische gemeenten werden tussen 2011 en 2021 gewijzigd. In de vergelijkingen op deze site werden de cijfers van 2011 uitgesplitst volgens de gemeenten in 2021.
Positie in de familiekern
Bij deze definitie van familie zijn de verwantschappen tussen kinderen en volwassenen beperkt tot directe (eerstegraads) verwantschappen, dat wil zeggen tussen ouders en kinderen. Onder “kinderen” worden zonen of dochters verstaan, hetzij volgens bloedverwantschap, hetzij door een vroeger huwelijk of door adoptie (ongeacht hun leeftijd of burgerlijke staat), die gewoonlijk verblijven bij minstens één van hun ouders, zonder dat daarbij een eigen kind of partner inwoont in hetzelfde huishouden.
Bij het begrip „koppel” gaat het om gehuwden, ofwel om personen in geregistreerd partnerschap, ofwel om koppels die feitelijk samenwonen.
Type familiekern
Specificatie van de familiekern waartoe elk individu binnen het huishouden behoort.
Grootte van de familiekern
Aantal personen waaruit de familiekern bestaat.
Opmerking
Vergelijken met de vorige Census vereist enige voorzichtigheid, aangezien deze publicatie zich baseert op de Belgische bevolking en de Census op de Europese definitie van de bevolking. Meer info over verschil tussen de Belgische bevolking en de Census of Europese bevolking.
[1] UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2017/543 VAN DE COMMISSIE van 22 maart 2017 houdende uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 763/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende volks- en woningtellingen, wat de technische specificaties voor de thema's en voor de uitsplitsingen daarvan betreft.
[2]Meer informatie over de manier waarop deze bevolking wordt bepaald