
Belgische lonen in 2016
Wie in het centrum van het land werkt, maakt meest kans op een hoog salaris. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ligt het gemiddelde bruto maandloon 17% boven het nationale bruto maandloon. Dat blijkt uit nieuwe resultaten van Statbel, het Belgische statistiekbureau. De cijfers komen uit de loonenquête van 2016, uitgevoerd bij bijna 95.000 werknemers.
De belangrijkste conclusies:
- Een voltijds tewerkgestelde werknemer verdient gemiddeld 3.489 euro bruto per maand.
- De helft van de werknemers verdient meer dan 3.053 euro. 10% van de werknemers verdient minder dan 2.233 euro terwijl anderzijds 10% meer verdient dan 5.381 euro.
Er zijn verschillende aspecten die een grote invloed uitoefenen op het loon:
- De functie van de werknemer: directeurs van grote ondernemingen verdienen het meest, terwijl kelners en barmannen het minst verdienen.
- Het geslacht van de werknemer: in 2016 verdienen voltijds tewerkgestelde vrouwen 5% minder dan hun mannelijke collega’s. Het voorbije decennium is deze loonkloof wel sterk afgenomen.
- De leeftijd van de werknemer: het verschil in lonen tussen oudere en jongere werknemers blijft groot: zestigplussers verdienen 113% meer dan werknemers jonger dan twintig.
- De sector waar de werknemer werkt: de petrochemische nijverheid is de best betalende tak van de economie. Eet- en drinkgelegenheden betalen de laagste lonen uit.
- De plaats van tewerkstelling: wie in en rond Brussel werkt, verdient gemiddeld meer dan elders in België. In de twee overige gewesten liggen de lonen het laagst in de arrondissementen Dinant en Veurne.
- Het diploma van de werknemer: een hoger diploma staat meestal garant voor een hoger loon. Werknemers met een master diploma verdienen 51% meer dan het Belgisch gemiddelde. Wie maximaal het lager secundair onderwijs heeft afgerond, ontvangt een salaris dat 23% onder het nationale cijfer ligt.
Opmerking: indien er in deze publicatie sprake is van een loon, dan gaat het steeds om het bruto maandloon. Dit loonconcept bevat de periodieke premies die iedere betalingsperiode worden uitbetaald. Premies voor nacht- of weekendwerk zijn hier voorbeelden van. Premies die slechts op uitzonderlijke basis worden uitgekeerd, zoals een dertiende maand of het dubbel vakantiegeld, werden uit het gehanteerde concept geweerd.
Bovendien is de analyse beperkt tot de voltijds tewerkgestelde loontrekkenden die werkzaam zijn in ondernemingen met minstens tien werknemers. Bepaalde sectoren, met name landbouw, visserij, openbaar bestuur, onderwijs, gezondheidszorg en overige persoonlijke diensten werden niet opgenomen in deze studie. De referentieperiode voor alle gegevens is oktober 2016.
De cijfers komen uit de loonenquête van 2016, uitgevoerd bij bijna 95.000 werknemers. Hierdoor is de representativiteit van de cijfers gegarandeerd. Bovendien maakt de loonenquête gebruik van Europees geharmoniseerde concepten.
1. Tien procent van de werknemers heeft een loon van meer dan 5.381 euro
In 2016 bedroeg het gemiddelde bruto maandloon van een voltijds tewerkgestelde werknemer 3.489 euro. Dit bedrag geeft echter een vertekend beeld van de werkelijke loonspreiding, aangezien 64% van de werknemers een lager loon ontvangen. Het is bijgevolg interessant om de verdeling van de lonen nader onder de loep te nemen.
Onderstaande grafiek deelt alle werknemers op in loonklassen van 250 euro. Hieruit blijkt dat veruit de grootste groep, namelijk 46% van alle werknemers, een bedrag verdient tussen 2.250 euro en 3.250 euro per maand. Voorts valt op dat het salaris van 12% van de loontrekkende beroepsbevolking minstens 5.000 euro bedraagt.
Grafiek 1: Verdeling van de werknemers in loonklassen (2016 - in €250 van het bruto maandloon)
Men kan de spreiding van de lonen ook door middel van een decielenverdeling weergegeven. Uit deze oefening blijkt dat 10% van de werknemers op maandbasis maximaal 2.233 euro verdient, terwijl 20% van de loontrekkenden mag rekenen op maximaal 2.463 euro.
Het mediaanloon bedraagt 3.053 euro. Dit betekent dat 50% van de werknemers maximaal 3.053 euro verdient, terwijl de andere helft een hoger salaris krijgt. De 10% werknemers die het meest verdienen, ontvangen van hun werkgever minstens 5.381 euro per maand.
10% verdient minder dan €2.233 | 10% verdient meer dan €5.381 |
---|---|
20% verdient minder dan €2.463 | 20% verdient meer dan €4.285 |
30% verdient minder dan €2.665 | 30% verdient meer dan €3.710 |
40% verdient minder dan €2.846 | 40% verdient meer dan €3.311 |
50% verdient minder dan €3.053 | 50% verdient meer dan €3.053 |
2. Vrouwen verdienen minder dan mannen, maar de loonkloof verkleint
In 2016 ontvangen voltijds tewerkgestelde vrouwen een gemiddeld maandloon dat 5% onder het salaris van mannen ligt. De loonkloof is met andere woorden nog niet weggewerkt, maar we stellen het voorbije decennium wel een positieve evolutie vast. In 2007 bedroeg de loonkloof immers nog 12%.
Grafiek 2: Loonkloof (Gender pay Gap – 2016)
3. Lonen stijgen vanaf de leeftijd van 37 jaar
De gemiddelde lonen bij jongeren onder de 20 jaar liggen 39% onder het nationale gemiddelde. De leeftijd van 37 jaar vormt het keerpunt. Wie jonger is dan deze leeftijd verdient globaal genomen minder dan het nationaal gemiddelde, terwijl men vanaf 37 jaar in regel een hoger loon krijgt. Zo ligt het loon van werknemers van 60 jaar en ouder 31% boven het nationale gemiddelde. Hun loon ligt bovendien 113% boven het salaris dat hun collega’s van 20 jaar en jonger maandelijks verdienen.
Grafiek 3: Gemiddelde lonen naar leeftijd (2016 – in euro)
4. Directeurs verdienen 175% meer dan de gemiddelde werknemer
Jobs met grote verantwoordelijkheid en complexe functies garanderen een hoger loon. Het is dan ook weinig verrassend dat directeurs van grote ondernemingen bovenaan de lijst staan met een loon van 9.578 euro. Dat is 175% boven het nationale gemiddelde maandloon.
De 10 best betaalde beroepen | Gemiddeld bruto maandloon (€) | % boven het nationale gemiddelde |
---|---|---|
Directeurs van grote ondernemingen | 9.578 | 175% |
Managers op het gebied van informatie en communicatietechnologie (ICT) | 7.160 | 105% |
Managers op het gebied van zakelijke dienstverlening en op administratief gebied | 6.953 | 99% |
Managers op het gebied van verkoop, marketing, reclame, public relations en research en development | 6.439 | 85% |
Managers in de industrie, de delfstoffenwinning, de bouwnijverheid en de logistiek | 6.282 | 80% |
Wiskundigen, actuarissen en statistici | 5.405 | 55% |
Natuurkundigen, scheikundigen en dergelijke | 5.217 | 50% |
Ingenieurs op het gebied van de elektrotechnologie | 5.062 | 45% |
Ingenieurs (met uitzondering van elektrotechnische ingenieurs) | 5.009 | 44% |
Juristen | 4.998 | 43% |
Aan de andere kant van het spectrum bevinden zich kelners en barmannen. Met een maandloon van 2.201 euro verdienen deze werknemers 37% minder dan het nationale gemiddelde. Kelners en barmannen moeten met andere woorden meer dan vier maanden werken om de maandwedde van een directeur van een grote onderneming te bekomen. Ook het loon van kappers en schoonheidsspecialisten, huishoudelijke hulpen en schoonmakers, kassiers en ticketverkopers ligt minstens een derde onder het nationale gemiddelde.
De 10 minst betaalde beroepen | Gemiddeld bruto maandloon (€) | % onder het nationale gemiddelde |
---|---|---|
Kelners en barmannen | 2.201 | 37% |
Kappers en schoonheidsspecialisten | 2.209 | 37% |
Huishoudelijke hulpen en schoonmakers | 2.242 | 36% |
Kassiers en ticketverkopers | 2.298 | 34% |
Verkopers in winkels | 2.391 | 31% |
Autowassers, ruitenwassers en wasserijpersoneel | 2.428 | 30% |
Kleermakers, stoffeerders en schoenmakers | 2.446 | 30% |
Koks | 2.458 | 30% |
Houtbehandelaars, meubelmakers en instellers en bedienaars van houtbewerkingsmachines | 2.546 | 27% |
Vuilnisophalers en verwerkers | 2.548 | 27% |
5. De petrochemische betaalt de hoogste lonen
Naast het beroep beïnvloedt ook de sector waar men werkt in grote mate de omvang van het loon. De petrochemische nijverheid is de best betalende tak van onze economie. Een werknemer verdient in deze sector 5.356 euro, dat is 54% meer dan het nationale gemiddelde
De 10 best betalende sectoren | Gemiddeld bruto maandloon (€) | % boven het nationale gemiddelde |
---|---|---|
Petrochemische nijverheid | 5.356 | 54% |
Activiteiten van hoofdkantoren; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer | 4.970 | 42% |
Financiële dienstverlening, exclusief verzekeringen en pensioenfondsen | 4.608 | 32% |
Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's en computerconsultancy-activiteiten | 4.531 | 30% |
Onderzoek en ontwikkeling op wetenschappelijk gebied | 4.488 | 29% |
Farmaceutische nijverheid | 4.447 | 27% |
Ondersteunende activiteiten voor verzekeringen en pensioenfondsen | 4.445 | 27% |
Luchtvaart | 4.383 | 26% |
Chemische nijverheid | 4.381 | 26% |
Programmeren en uitzenden van radio- en televisieprogramma's | 4.372 | 25% |
In de horeca zien we de laagste lonen, met een gemiddeld bedrag van 2.502 euro. Ook het verblijfstoerisme en de detailhandel behoren tot de minst betalende sectoren.
De 10 minst betalende sectoren | Gemiddeld bruto maandloon (€) | % onder het nationale gemiddelde |
---|---|---|
Eet- en drinkgelegenheden | 2.502 | 28% |
Verschaffen van accommodatie | 2.596 | 26% |
Detailhandel | 2.756 | 21% |
Inzameling, verwerking en verwijdering van afval; terugwinning | 2.761 | 21% |
Vervaardiging van meubelen | 2.769 | 21% |
Diensten in verband met gebouwen en landschapsverzorging | 2.799 | 20% |
Houtindustrie | 2.856 | 18% |
Gespecialiseerde bouwwerkzaamheden | 2.956 | 15% |
Beveiligings- en opsporingsdiensten | 2.966 | 15% |
Vervaardiging van textiel | 2.998 | 14% |
6. Pendelen naar Brussel loont
Wie in het centrum van het land werkt, maakt meest kans op een hoog salaris. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest spant de kroon, want het gemiddelde maandloon ligt er 17% boven het nationale cijfer. Ook bedrijven gevestigd in de arrondissementen grenzend aan de hoofdstad behoren over het algemeen tot de betere betalers.
De vijf arrondissementen met de hoogste gemiddelde lonen | Gemiddeld bruto maandloon (€) | % boven het nationale gemiddelde |
---|---|---|
Arrondissement Brussel Hoofdstad | 4.092 | 17% |
Arrondissement Halle-Vilvoorde | 3.712 | 6% |
Arrondissement Leuven | 3.687 | 6% |
Arrondissement Nijvel | 3.658 | 5% |
Arrondissement Antwerpen | 3.629 | 4% |
Vanuit financieel oogpunt is het arrondissement Dinant de minst interessante plaats van tewerkstelling. Het salaris ligt er 24% onder het nationale gemiddelde. In Vlaanderen worden de laagste gemiddelde lonen uitbetaald in het arrondissement Veurne.
De vijf arrondissementen met de laagste gemiddelde lonen | Gemiddeld bruto maandloon (€) | % onder het nationale gemiddelde |
---|---|---|
Arrondissement Dinant | 2.651 | 24% |
Arrondissement Marche-en-Famenne | 2.743 | 21% |
Arrondissement Bastenaken | 2.750 | 21% |
Arrondissement Veurne | 2.789 | 20% |
Arrondissement Thuin | 2.814 | 19% |
7. Verder studeren biedt de beste garantie op een hoger salaris
Een diploma is een formeel bewijs dat de werknemer over bepaalde vaardigheden beschikt. Het is dan ook geen verrassing dat de werkgever deze troef valoriseert in de vorm van een hoger loon. Vanuit financieel oogpunt is het bijgevolg interessant om na het secundair onderwijs de studies voort te zetten. Houders van een bachelor diploma verdienen immers 5% meer dan het Belgische gemiddelde en dit verschil loopt op tot 51% voor houders van een master diploma.
Anderzijds stellen we vast dat werknemers die geen hogere studies hebben afgerond, hiervoor financieel worden afgestraft. Houders van een diploma van het hoger secundair onderwijs verdienen immers 17% minder dan het Belgische gemiddelde. Werknemers die maximaal het lager secundair onderwijs hebben afgerond, zien deze loonspanning toenemen tot 23%.
Grafiek 4: Gemiddelde lonen naar opleidingsniveau (2016 – in euro)