15% van de werkende bevolking werkt in de sector van de menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening[1]. Dit blijkt uit cijfers van Statbel, het Belgische statistiekbureau, op basis van de Enquête naar de Arbeidskrachten van 2019.
Naast 140.000 verpleegkundigen, 100.000 verzorgenden en 35.000 artsen telt de zorgsector ook heel wat sociaal werkers, administratief personeel, schoonmaak- en onderhoudspersoneel en andere beroepscategorieën. In totaal werken meer dan 700.000 personen in deze sector.
Statbel keek in detail naar het profiel van zij die actief zijn in de zorg: het is een uitgesproken vrouwelijke sector, personeel is er hoger dan gemiddeld opgeleid en de zorg telt meer oudere werknemers dan gemiddeld.
Meer oudere werknemers dan gemiddeld werken in de zorg
Van alle 65-69-jarigen die nog actief zijn, werkt 17% binnen de zorgsector. Het merendeel van hen is arts. Algemeen is er geen groot verschil tussen 25- tot 49-jarigen en 50-plussers, al komt de oudere groep er wel duidelijk bovenuit.
leeftijdsgroepen | % actief in de zorg |
---|---|
15- tot 24-jarigen | 12% |
25- tot 49-jarigen | 15% |
50-plussers | 15% |
Waarvan 65- tot 69-jarigen | 17% |
25% van de vrouwen werkt in de zorgsector
Van alle vrouwen op de arbeidsmarkt, werkt 25% in de zorgsector. Dat maakt het een uitgesproken vrouwelijke sector. Van de mannen werkt 6% in de zorg.
Mensen in de zorg zijn iets hoger opgeleid
Degenen die werken in de zorg, zijn iets hoger opgeleid: 54% heeft een diploma hoger onderwijs, terwijl dit bij de actieven in andere sectoren 45% is.
Nauwelijks regionale verschillen
Er zijn slechts beperkte regionale verschillen. Van de mensen die in het Vlaams Gewest wonen, werkt 16% in de zorg, in het Waals Gewest is dat 14%. Het percentage van de degenen die in Brussel wonen, ligt iets lager (10%).
Veel deeltijds werk en atypische uren
In de zorg wordt zeer veel deeltijds gewerkt: 47% van de werkenden in de zorgsector werkt deeltijds, terwijl dat in de andere sectoren slechts 22% is.
De werkenden in de zorgsector hebben ook vaker atypische werktijden:
- 37% werkt op zondag (tegenover 20% in de andere sectoren)
- 44% werkt op zaterdag (tegenover 36% in de andere sectoren)
- 39% werkt ’s avonds (tegenover 34% in de andere sectoren)
- 18% werkt ’s nachts (tegenover 11% in de andere sectoren)
Zorgpersoneel heeft vaker kinderen
23% van de werkenden in de zorgsector tussen 25 en 49 jaar heeft 1 kind jonger dan 15 jaar, 25% 2 kinderen en 8% 3 of meer kinderen.
44% heeft geen kinderen jonger dan 15 jaar tegenover 48% bij de andere sectoren.
[1] De sectie Q van NACE-BEL 2008 “Menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening” bevat niet enkel de menselijke gezondheidszorg, maar ook de maatschappelijke dienstverlening met huisvesting en de maatschappelijke dienstverlening zonder huisvesting.