Statbel, het Belgische statistiekbureau, publiceert vandaag het aantal vacatures in Belgische bedrijven in het 1e kwartaal 2025. De vacaturegraad - het aantal vacatures ten opzichte van het totale aantal arbeidsplaatsen in de onderneming - daalt voornamelijk in de sectoren ‘wetenschappen en diensten’ en ‘groot- en detailhandel’, terwijl hij voornamelijk stijgt in de sector ‘exploitatie van en handel in onroerend goed’. De vacaturegraad blijft het hoogst in de bouwsector.
Het totale aantal vacatures daalt met 0,9%
In het eerste kwartaal 2025 waren er 170.382 vacatures bij Belgische ondernemingen tegenover 171.946 in het vierde kwartaal van 2024.
De vacaturegraad - het aantal vacatures ten opzichte van het totale aantal arbeidsplaatsen in de onderneming - is ook licht gedaald van 4,12% naar 4,09%.
Het aantal vacatures is met 2.567 gedaald in het Vlaams Gewest en met 70 in het Waals Gewest, terwijl dit aantal met 1.073 is gestegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten opzichte van het vierde kwartaal van 2024
Met 65,02% van alle vacatures in België blijft het Vlaams Gewest het gewest met het hoogste aantal vacatures. Daarna volgt het Waals Gewest met 21,86% en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met 13,12%.
De vacaturegraad blijft hoger in het Vlaams Gewest (4,46%) dan in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (3,61%) en het Waals Gewest (3,50%).
Type ondernemingen en type arbeidsplaatsen
Er zijn 4,31 keer meer vacatures in grote en middelgrote ondernemingen dan in kleine ondernemingen. De vacaturegraad blijft echter hoger in kleine ondernemingen (6,32%) dan in grote en middelgrote ondernemingen (3,78%).
Hoewel er meer vacatures voor vaste banen worden aangeboden (88,23%), is de vacaturegraad veel hoger voor interimbanen (17,67%) dan voor vaste banen (3,71%).
Verdeling volgens activiteitssector (NACE)
Meer dan driekwart (78,9%) van de vacatures bevindt zich in vijf economische sectoren: de non-profitsector, wetenschappen en administratieve diensten, handel, industrie en bouwnijverheid.
De vacaturegraad daalt vooral in de sectoren ‘wetenschappen en diensten’ (-1,22 procentpunt), en ‘groot- en detailhandel’ (-0.67 procentpunt), terwijl hij voornamelijk stijgt in de sector ‘exploitatie van en handel in onroerend goed’ (+2,13 procentpunt). Bovendien blijft dit percentage het hoogst in de bouwsector (7,07%) en het laagst in de non-profitsector (3,00%).