Lichte daling van de schijnbare vleesconsumptie in 2022

Landbouw & Visserij
Lichte daling van de schijnbare vleesconsumptie in 2022

De schijnbare vleesconsumptie per inwoner bedraagt 80,8 kg in 2022, of een daling met 1,2% in vergelijking met 2021. Ter herinnering: de schijnbare vleesconsumptie komt overeen met de hoeveelheid vlees die in een bepaald jaar op de markt beschikbaar is in verhouding tot het aantal inwoners. Het gaat dus niet om de werkelijke consumptie van vlees per inwoner. Deze hoeveelheid wordt hier uitgedrukt in kg karkasgewicht.

De bevoorradingsbalans van vlees is onder andere gebaseerd op de nettoproductie (slachtingen) van de verschillende sectoren. In het afgelopen jaar is de nettovleesproductie (slachtingen) met 6,8% gedaald ten opzichte van 2021. Deze totale nettoproductie is de laagste sinds 2010.

De daling doet zich voor bij alle diersoorten: -3,6% voor runderen, -9,5% voor varkens, -17,8% voor schapen en geiten, -12,9% voor paarden, -1,3% voor pluimvee en -7,6% voor andere diersoorten.

Wat de op de binnenlandse markt beschikbare hoeveelheden vlees betreft, werd de daling van de nettoproductie gedeeltelijk gecompenseerd door een daling van de uitvoer van vlees en vleesbereidingen met 5,4% en een stijging van de invoer met 3,3%.

De handel in levende dieren is ook afgenomen: -6,6% voor de uitvoer, en -12,3% voor de invoer.

Met een consumptie van 41,2 kg karkasgewicht per inwoner blijft varkensvlees het meest geconsumeerde vlees in België, voor vlees van pluimvee (15.8 kg) en rundvlees (14.6 kg).