Analyse faillissementen en banenverlies 2019

Ondernemingen
Analyse faillissementen en banenverlies 2019

In 2019 gingen 10.598 bedrijven failliet. In 2019 werd hierdoor het derde hoogste aantal faillissementen opgetekend sinds 2000 na 2013 (11.740 faillissementen) en 2014 (10.736 faillissementen). In 2019 was er een stijging van 720 faillissementen, of 7,3% ten opzichte van 2018 (9.878 faillissementen). Deze stijging is echter voor een deel het gevolg van recente wetgeving.

Eén van de oorzaken van deze stijging van het aantal faillissementen in 2019 is immers de toepassing van de nieuwe insolventiewet, die van kracht werd op 1 mei 2018. Deze wet is van toepassing op elke onderneming. Daardoor kunnen sindsdien ook vzw’s en vrije beroepen failliet gaan, wat voorheen onmogelijk was.

Een andere vermoedelijke oorzaak is de invoering van de wet op de spookbedrijven midden 2017. Deze wet geeft de ondernemingsrechtbanken meer mogelijkheden om slapende ondernemingen en ondernemingen waarvan vermoed wordt dat ze frauderen of tot frauduleuze daden zouden kunnen overgaan, uit de markt te nemen.

Evolutie per gewest

Onderstaande grafiek geeft het aantal faillissementen weer per gewest sinds 2009. Zowel in het Vlaams Gewest als in het Waals Gewest stijgt het aantal faillissementen in 2019 t.o.v. 2018 (+11%), maar het blijft nog ruim onder de piek van 2013. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest daarentegen stabiliseert het aantal faillissementen in 2019 (een lichte daling van 1,8% t.o.v. 2018), maar tekende een grote stijging op tussen 2016 en 2018 tot een niveau dat hoger ligt dan in 2013. Uit onderzoek blijkt dat deze evolutie hoofdzakelijk te wijten is aan het gewijzigd beleid van de Brusselse ondernemingsrechtbanken, die sneller dan in de andere gewesten hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheden die de wet op de spookbedrijven hen gaf om de door hen geviseerde bedrijven te ontbinden. Het aantal spookbedrijven lijkt hoger te liggen in de hoofdstad.

Aantal faillissementen per gewest

Sectorvergelijking

Om meer inzicht te krijgen in de evolutie van het aantal faillissementen doorheen de tijd is ook het nuttig te kijken naar de evolutie van het aantal faillissementen per economische sector. Daartoe werden 6 sectoren bepaald, op basis van de secties van de Nace-Bel 2008 nomenclatuur:

  1. landbouw, bosbouw en visserij (sectie A)
  2. industrie en energie (secties B, C, D en E)
  3. bouwnijverheid (sectie F)
  4. handel (sectie G)
  5. horeca (sectie I)
  6. transport en andere diensten (alle andere secties)

Uit de volgende grafiek blijkt dat voor alle belangrijke economische sectoren het aantal faillissementen piekte in 2013, als gevolg van de financiële crisis van 2008, om daarna te dalen tot 2016. In de sectoren industrie en energie, handel en horeca stabiliseert het aantal faillissementen zich op het niveau van 2016. In de andere sectoren stellen we sinds 2017 echter opnieuw een stijging vast, die het meest uitgesproken is in de sectoren transport en andere diensten en bouwnijverheid

Aantal faillissementen per sector

Binnen de sector transport en andere diensten geven 4 subsectoren een sterke stijging van het aantal faillissementen sinds 2016:

  • Vervoer en opslag (Nace-sectie H)
  • Vrije beroepen en wetenschappelijke en technische activiteiten (Nace-sectie M)
  • Administratieve en ondersteunende diensten (Nace-sectie N)
  • Overige diensten (Nace-sectie S)

In 2 van deze subsectoren worden ook types ondernemingen geklasseerd die vóór de invoering van de nieuwe insolventiewet niet failliet konden gaan, namelijk vrije beroepen (in Nace-sectie M) en vzw’s (in Nace-sectie S). In Nace-sectie M worden o.a. advocaten en architecten geklasseerd, in Nace-sectie S een groot aantal verenigingen. Dezelfde vaststelling geldt voor de sectoren menselijke gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening (sectie Q) en kunst, amusement en recreatie (sectie R) waarvoor men een sterke stijging van de faillissementen van vzw’s vaststelt. 

Banenverlies

Het banenverlies ten gevolge van faillissementen (op basis van de laatst beschikbare RSZ-gegevens op het moment van de opening van het faillissement), bedroeg in 2019 20.379, een stijging van 3.180 of 18% t.o.v. 2018. Deze sterke stijging is te wijten aan het faillissement van enkele grote ondernemingen in de sectoren transport en andere diensten en industrie en energie.

Een blik op het totaal jaarlijks jobverlies sinds 2009, leert ons dat het vooral zeer kleine ondernemingen zijn die failliet gaan. Het jobverlies stabiliseert of daalt sinds 2016 immers in bijna alle economische sectoren, ook in die sectoren waar het aantal faillissementen stijgt. De enige uitzonderingen zijn de sectoren transport en andere diensten en industrie en energie waar het jobverlies stijgt in 2019 door het faillissement van enkele grote ondernemingen die hierboven werden vermeld.

Jobverlies per sector

Uit onderstaande tabel blijkt dat de impact van het faillissement van die grote ondernemingen in 2019 beperkt is: het gemiddeld banenverlies ten gevolge van faillissementen in 2019 behoort tot de laagste sinds 2009 en ligt ruim onder het niveau van de jaren 2013 en 2014.

Jaar Aantal falingen Jobverlies Gemiddeld jobverlies
2009 9.420 19.592 2,1
2010 9.570 23.614 2,5
2011 10.224 23.088 2,3
2012 10.587 25.688 2,4
2013 11.740 26.582 2,3
2014 10.736 25.435 2,4
2015 9.762 21.575 2,2
2016 9.170 20.729 2,3
2017 9.968 18.698 1,9
2018 9.878 17.199 1,7
2019 10.598 20.379 1,9

Besluit:

Hoewel 2019 het derde hoogste aantal faillissementen liet optekenen, eindigde het op vlak van banenverlies (20.379 banen) pas op de achtste plaats in het laatste decennium. Alleen 2018 (17.199), 2017 (18.698) en 2009 (19.592) gaven een lager banenverlies.

De cijfers moeten echter met de nodige omzichtigheid vergeleken worden en het relatief hoge aantal faillissementen in 2019 wijst niet noodzakelijk op een verslechterde economische toestand, maar zou ook kunnen verklaard worden door een gewijzigde juridische omgeving. De nieuwe insolventiewet, die in voege trad op 1 mei 2018 waardoor ook vrije beroepen en vzw’s in faling kunnen gaan, en de wet op de spookbedrijven van 2017 spelen zeker een belangrijke, maar moeilijk te kwantificeren rol.