Inflatie daalt voor de tweede maand op rij en bedraagt 0,62%

Consumptieprijzen
Inflatie daalt voor de tweede maand op rij en bedraagt 0,62%

Consumptieprijsindex van maart 2020

  • De inflatie daalt van 1,10% naar 0,62% in maart.
  • De consumptieprijsindex daalt deze maand met 0,18 punt of 0,16%.
  • De inflatie van de gezondheidsindex daalt van 1,00% naar 0,84%.
  • De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in maart 107,49 punten.
  • In maart waren er vooral prijsstijgingen voor fruit, buitenlandse reizen, huur en suiker, chocolade en confituur. Motorbrandstoffen, hotelkamers, aardgas, bloemen en planten, vis en zeevruchten, telecommunicatie packs, mobiele telefoondiensten, reinigings- en onderhoudsproducten en elektriciteit hadden daarentegen een verlagend effect op het indexcijfer.

De consumptieprijsindex van de maand maart 2020 bedraagt 109,53 punten, een daling van 0,18 punt. De inflatie daalt van 1,10% naar 0,62%. De gezondheidsindex stijgt met 0,09 punt en bedraagt 109,96 punten. De inflatie die berekend wordt op basis van de gezondheidsindex daalt van 1,00% naar 0,84%. Er waren vooral prijsstijgingen voor fruit, buitenlandse reizen, huur en suiker, chocolade en confituur. Motorbrandstoffen, hotelkamers, aardgas, bloemen en planten, vis en zeevruchten, telecommunicatie packs, mobiele telefoondiensten, reinigings- en onderhoudsproducten en elektriciteit hadden daarentegen een verlagend effect op het indexcijfer.

cpi_1nl_202003

De impact van het coronavirus Covid-19 op de berekening van de consumptieprijsindex van maart was beperkt, de lokale gegevensinzameling was al grotendeels afgerond voor de maatregelen van kracht gingen. Het merendeel van de indexkorf wordt trouwens reeds geruime tijd centraal ingezameld. Zo worden bijvoorbeeld van de belangrijkste supermarktketens al sinds 2015 transactiegegevens verwerkt ("scanner data"). De eventuele impact van Covid-19 op de indexberekening van april zal volgende maand worden gecommuniceerd.

In maart 2020 is de consumptieprijsindex met 0,18 punt of met 0,16% gedaald en hij bedraagt nu 109,53 punten tegenover 109,71 punten in februari 2020 (2013=100).

De gezondheidsindex stijgt in maart met 0,09 punt en bedraagt 109,96 punten tegenover 109,87 punten in februari. De afgevlakte gezondheidsindex bedraagt in maart 107,49 punten. De spilindex voor het openbaar ambt en de sociale uitkeringen, die vastgelegd is op 109,34 punten, werd deze maand niet bereikt. De vorige spilindexoverschrijding vond in februari 2020 maand plaats. Dit betekent dat de sociale uitkeringen en de pensioenen in maart met 2% werden geïndexeerd. De wedden in de openbare sector zullen in april met 2% worden geïndexeerd.

De producten met het grootste verhogend effect in maart waren fruit, buitenlandse reizen, huur en suiker, chocolade en confituur.

Motorbrandstoffen, hotelkamers, aardgas, bloemen en planten, vis en zeevruchten, telecommunicatie packs, mobiele telefoondiensten, reinigings- en onderhoudsproducten en elektriciteit hadden het grootste verlagend effect ten opzichte van de voorgaande maand. De belangrijkste bewegingen die deze maand vastgesteld werden, zijn:

 

Stijgend: Invloed: Dalend: Invloed:
Fruit +0,130 punt Motorbrandstoffen -0,245 punt
Buitenlandse reizen +0,060 punt Hotelkamers -0,050 punt
Huur +0,035 punt Aardgas -0,040 punt
Suiker, chocolade, confituur +0,035 punt Bloemen en planten -0,035 punt
    Vis en zeevruchten -0,035 punt
    Telecommunicatie packs -0,035 punt
    Mobiele telefonie -0,035 punt
    Reinigings- en onderhoudsproducten -0,030 punt
    Elektriciteit -0,025 punt

In maart zijn de fruitprijzen gemiddeld met 8,0% gestegen ten opzichte van vorige maand, voornamelijk door seizoenseffecten. De index van de buitenlandse reizen steeg gemiddeld met 3,4%, ten gevolge van seizoenscorrecties. De huur steeg deze maand met 0,5%. De prijzen van suiker, chocolade en confituur stegen deze maand gemiddeld met 3,1% in prijs ten opzichte van februari.

Motorbrandstoffen werden deze maand gemiddeld 6,6% goedkoper in vergelijking met vorige maand. De prijzen van hotelkamers, aardgas, bloemen en planten en van vis en zeevruchten daalden respectievelijk met 6,9%, 2,4%, 6,7% en 2,8% ten opzichte van vorige maand. De prijzen van telecommunicatie packs en mobiele telefonie daalden deze maand met 1,1% en 5,6%. De prijzen van reinigings- en onderhoudsproducten zijn gemiddeld met 4,8% afgenomen. De elektriciteitsprijzen zijn met 0,8% gedaald.

De inflatie bedraagt nu 0,62%, tegenover 1,10% in februari en 1,41% in januari. De inflatie op basis van de gezondheidsindex bedraagt deze maand 0,84%, tegenover 1,00% in februari en 1,12% in januari. De inflatie zonder energieproducten daalt in maart tot 1,73% tegenover 1,79% in februari en in januari. De kerninflatie, die geen rekening houdt met de prijsevolutie van de energieproducten en de onbewerkte voedingsmiddelen, bedraagt in maart 1,55% tegenover 1,71% in februari en 1,86% in januari.

Voor voeding bedraagt de inflatie nu 2,46% tegenover 1,87% vorige maand en 1,03% in januari. Vers fruit kost 4,6% meer dan in maart 2019. Verse groenten zijn 2,3% duurder dan een jaar geleden. Vis en zeevruchten zijn 2,0% duurder dan in maart 2019. Vlees is 3,4% duurder dan in maart 2019. Alcoholvrije dranken zijn gemiddeld  1,9% duurder dan in maart vorig jaar. Alcoholische dranken kosten 3,8% meer dan een jaar geleden. De prijs van tabak steeg met 3% ten opzichte van maart 2019.

De inflatie voor energie bedraagt nu -3,37% tegenover -2,04% vorige maand en -1,17% in januari. Elektriciteit is nu 8,3% goedkoper dan een jaar geleden. Aardgas is 17,4% goedkoper op jaarbasis. De prijs van huisbrandolie is, afgevlakt over 12 maanden, met 4,7% gedaald in één jaar tijd. Motorbrandstoffen kosten 7,9% minder dan een jaar geleden. De inflatie voor de diensten daalde van 2,11% naar 1,54%. De inflatie voor de huur bedroeg 2,10% in februari en ze is gestegen tot 2,52% in maart.

De producten en diensten die ten opzichte van maart vorig jaar het sterkst in prijs stegen, zijn:

Stijgend: Inflatie
Wijn op basis van ander fruit (cider) 18,5%
Postverzending 13,8%
Varkensvlees 10,0%
Juwelen 8,3%
Geconcentreerde melk 7,5%
Educatieve boeken 7,5%
Diepgevroren vis 7,5%
Kranten 7,1%
Huishoudelijke diensten 6,5%
Fruitsap en groentesap 5,5%
Reisverzekering 5,1%

De producten en diensten die ten opzichte van maart vorig jaar het sterkst in prijs daalden, zijn:

Aardgas Inflatie
Mobiele telefoondiensten -12,0%
Andere motorbrandstoffen voor privévoertuigen (LPG) -11,7%
Vakantiecentra, campings en jeugdherbergen -11,5%
Diesel -9,7%
Elektriciteit -8,3%
Verse zeevruchten -6,4%
Vaste telefoondiensten -6,2%
Benzine -5,6%
Videoapparatuur -5,1%
Huisbrandolie -4,7%

 

De hoofdgroep die in maart de grootste positieve impact[i] heeft op inflatie is voeding en niet-alcoholische dranken met 0,38 procentpunt. De groep huisvesting, water en energie heeft de grootste negatieve impact uitgeoefend met -0,62 procentpunt.

cpi_3nl_202003

De hoofdgroep met de grootste bijdrage[ii] tot de inflatie is voeding en niet-alcoholische dranken met 0,42 procentpunt. De laagste bijdrage tot de inflatie wordt gerealiseerd door huisvesting, water en energie met -0,40 procentpunt.

 cpi_4nl_202003

 

cpi_2nl_202003

2013 = 100 December Januari Februari Maart
Consumptieprijsindex 109,04 109,69 109,71 109,53
Inflatie 0,76% 1,41% 1,10% 0,62%
Gezondheidsindex 109,18 109,72 109,87 109,96
Afgevlakte gezondheidsindex* 106,76 107,04 107,25 107,49
* bepaald in de wet van 23.04.2015 tot verbetering van de werkgelegenheid (Belgisch Staatsblad van 27.04.2015)

De eerste inflatieraming volgens de Europees geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP flash estimate) voor België bedraagt 0,4% voor maart. Het verschil tussen de HICP en het nationale indexcijfer van de consumptieprijzen (CPI) is grotendeels te wijten aan conceptuele verschillen op het vlak van de bron van de gewichten, de referentiepopulatie, het uitgavenconcept, de seizoenscorrectie en de afvlakking.


[i] Een impact op de inflatie toont de wijziging op inflatie door het opnemen van die productgroep in de berekening van de CPI. De impact neemt niet alleen het gewicht van de productgroep in rekening, maar ook of de inflatie van de productgroep hoger of lager is dan deze van het geheel aan bestedingen (globale CPI).

[ii] De bijdrage tot de inflatie van een bepaalde productgroep geeft weer hoeveel van de verandering van de totale bestedingen te wijten is aan de prijsverandering van deze productgroep.