3 december, Internationale Dag van Personen met een handicap

Werk & Opleiding
3 december, Internationale Dag van Personen met een handicap

In België ondervindt 8% van de bevolking tussen 15 en 64 jaar ernstige hinder bij dagelijkse activiteiten door een handicap of door langdurige gezondheidsproblemen. Deze hinder is iets meer aanwezig bij vrouwen. Dat blijkt uit cijfers van Statbel, het Belgische statistiekbureau, op basis van de Enquête naar Arbeidskrachten 2020.

In de groep van personen die ernstige hinder ondervinden, zijn de ouderen oververtegenwoordigd: 56% van hen is tussen 50 en 64 jaar oud, terwijl ze slechts 31% van de totale bestudeerde bevolking vertegenwoordigen.

Wat opleiding betreft, hebben mensen die ernstige beperkingen ervaren gemiddeld een lager opleidingsniveau. 44% van hen heeft ten hoogste een diploma lager secundair onderwijs en slechts 17% van hen heeft een diploma hoger onderwijs, terwijl deze percentages voor de totale bevolking tussen 15 en 64 jaar respectievelijk 24% en 37% bedragen.

Tewerkstelling

Wanneer mensen door een handicap, een langdurige aandoening of langdurige ziekte ernstige hinder ondervinden bij hun activiteiten, heeft dit duidelijk een impact op hun arbeidssituatie: slechts 26% van hen heeft een baan, vergeleken met 65% van de totale bevolking in de leeftijdsgroep van 15-64 jaar.

Hun werkloosheidscijfer (7,3%) is hoger dan dat van de totale bevolking (5,6%), maar de overgrote meerderheid (72%) van degenen die ernstige hinder ervaren bij hun activiteiten, is inactief. Zij hebben dus geen werk, zijn niet op zoek naar werk en/of zijn niet beschikbaar voor werk.

Situatie in verband met de arbeidsmarkt

15-64 jaar In erge mate beperkt Totale bevolking
Werkloosheidsgraad 7,3% 5,6%
Werkgelegenheidsgraad 26,0% 64,8%
Percentage inactieven 71,9% 31,4%

Digitale kloof

Ook op digitaal vlak zijn er verschillen tussen de totale bevolking en mensen die ernstige hinder ervaren bij hun dagelijkse activiteiten als gevolg van een handicap, een langdurige aandoening of langdurige gezondheidsproblemen. Zo heeft 6% van de bevolking tussen 16 en 64 jaar thuis geen toegang tot het internet, maar ligt dit percentage driemaal hoger bij mensen die sterke hinder ondervinden. Hetzelfde geldt voor het internetgebruik: slechts 81% van de mensen die ernstige hinder ervaren, is de afgelopen drie maanden op het internet geweest, tegenover 95% van de totale bevolking.

Ook de activiteiten die online worden verricht, verschillen. Personen die ernstige hinder ondervinden bij hun activiteiten surfen op het internet aanzienlijk minder naar vrijetijdsactiviteiten dan de totale bevolking, maar iets meer naar gezondheidsgerelateerde activiteiten.

Internet activiteiten (2020)

Percentage inwoners van België tussen 16 en 64 jaar die het internet tijdens de laatste drie maanden gebruikt hebben

  In erge mate beperkt Totale bevolking Verschil (in procentpunt)
Gebruikmaken van instant messaging 63,0% 74,0% -11
Luisteren naar of downloaden van muziek 51,0% 61,0% -10
Kijken naar internettelevisie (al dan niet rechtstreeks) van een televisiezender 24,0% 38,0% -15
Op aanvraag kijken naar onlinevideomateriaal van commerciële diensten (bv. Netflix) 25,0% 41,0% -17
Kijken naar onlinevideomateriaal van diensten die videomateriaal delen (bv. Youtube) 53,0% 67,0% -14
Zoeken naar informatie in verband met gezondheid, bv. over ziekte, verwondingen, voeding of verbetering van de gezondheid. 62,0% 56,0% +5
Raadplegen persoonlijk medisch dossier 19,0% 13,0% +6
Raadplegen van andere gezondheidsdiensten via een website of app i.p.v. een doktersbezoek of ziekenhuisbezoek (bv. door online een voorschrift of een consultatie te verkrijgen). 20,0% 15,0% +5
Source : Enquête TIC-ménages - 2020

Armoede bovenop de handicap

Ook de enquête naar de inkomens en levensomstandigheden (SILC) 2020[1] bevat cijfers over personen van 16 jaar en ouder die aangeven ernstige hinder te ervaren in hun dagelijkse activiteiten door een handicap, een langdurige aandoening of een langdurige ziekte. 25% van hen loopt een risico op monetaire armoede.

9% lijdt aan ernstige materiële deprivatie. Ten slotte leeft 39% van hen in een huishouden dat geen eigenaar is van zijn woning, wat slechts het geval is voor 26% van de Belgische bevolking.

SILC 2020

Bevolking van 16 jaar en ouder

Monetaire armoede Ernstige beperking 16 jaar en ouder Totale bevolking 16 jaar en ouder
Monetair armoederisico 25% 13%
Geen monetair armoederisico 75% 87%
Ernstige materiële deprivatie Ernstige beperking 16 jaar en ouder Totale bevolking 16 jaar en ouder
Ernstige materiële deprivatie 9% 3%
Geen ernstige materiële deprivatie 91% 97%
Eigenaar of huurder Ernstige beperking 16 jaar en ouder Totale bevolking 16 jaar en ouder
Eigenaar 61% 74%
Huurder 39% 26%


[1] Impact COVID-19-crisis op resultaten SILC 2020